TVM verzekeringen lanceert op de BedrijfsautoRAI 2015 een pilot gericht op transportveiligheid voor 500 vrachtauto’s en chauffeurs. Met behulp van onder meer een forward facing camera en een eyetracker wordt rijgedrag gemonitoord. De resultaten moeten bijdragen aan een scherper veiligheidsbewustzijn in de transportsector.
Het oogt als een simpel kastje ter grootte van een ouderwetse videoband, maar binnenin op het printplaatje zit straks de kennis verstopt voor een kleine revolutie in transportveiligheid. Het hardware platform, ontwikkelt door transporttechnologiebedrijf Route42, meet straks alles wat er in en rond de vrachtauto gebeurt.
Incidenten, bijna-ongelukken, de vermoeidheid van de chauffeur, alle data worden daarin opgeslagen om te analyseren wat onderweg allemaal passeerd. Een chauffeur neemt per dag duizenden beslissingen en de vraag is welke precies van invloed zijn op verkeersveiligheid en welke minder. Daaruit wordt straks lering getrokken hoe het veel veiliger kan in het wegtransport.
,,We weten veel, maar we weten nog véél meer niet”, zegt innovatiemanager Joost Sterenborg van TVM. ,,Zo hebben we bijvoorbeeld geen idee wanneer ongelukken precies gebeuren. Gebeurt dat in het eerste uur na vertrek of juist in het laatste uur voor een pauze? En welke rol speelt daarbij de vermoeidheid van de chauffeur. Dat gaan we in deze pilot allemaal uitzoeken.”
TVM lanceert tijdens de BedrijfsautoRAI 2015 een campagne om met hulp van de sector meer inzicht te krijgen in het weggedrag. In het najaar worden bedrijven – klein en groot – benaderd met het verzoek deel te nemen aan de pilot veilig rijgedrag. In januari 2016 gaat de pilot van start voor de duur van een jaar.
Die proef is onderdeel van het TVM-streven om in 2020 het aantal verkeersdoden in het wegtransport tot nul terug te brengen. Dat is een fikse ambitie, want volgens CBS-cijfers overlijden jaarlijks circa dertig mensen bij ongelukken waarbij een vrachtauto betrokken is. Dat is veel minder dan in de jaren negentig, toen dat aantal tegen de honderd bedroeg. Maar nog steeds te veel volgens de doelstellingen van TVM, verwoord in het veiligheidsplan voor de komende jaren.
Sterenborg en TVM’s directeur verkoop en marketing Paul Haverkamp merken dat het geen probleem is om het gewenste aantal van 30 tot 50 transportbedrijven (500 vrachtauto’s) bijeen te krijgen. ,,Ik wilde laatst een afspraak maken voor een presentatie van onze pilot”, vertelt Sterenborg aan de vooravond van de lancering. ,,De klant zei meteen: ‘Ik doe mee!’. Zo groot is de betrokkenheid.” Bijna de helft van de pilot is nu dan ook al gevuld.
Voor Haverkamp is dat geen verrassing. ,,Rond de 70 procent van de TVM-leden geeft aan dat gedragsverandering onder chauffeurs noodzakelijk is om de veiligheid te vergroten. Daarvoor heb je meer kennis en gegevens nodig. De transportondernemers die wij hebben gesproken, zijn allemaal enthousiast.”
Aanleiding voor het onderzoek vormt datgene dat we wél weten: bij ruim 90 procent van de ongelukken in het wegtransport is een menselijke fout (mede) de oorzaak, zo blijkt uit het European Accident Research and Safety Report 2013 van Volvo Trucks.
Onoplettendheid, een verkeerde inschatting van de snelheid en een verminderd risicobewustzijn zijn de voornaamste boosdoeners. En afleiding natuurlijk, zoals smartphones. Uit een Amerikaanse studie blijkt dat 71 procent van de ongelukken en 46 procent van de bijna-ongelukken het gevolg waren van afleiding.
Bij die genoemde factoren spelen vaak ook andere zaken een rol, zoals het weer, het zicht en de infrastructuur ter plaatse. In minder dan 10 procent van de ongelukken zijn mechanische oorzaken van invloed. Vaak gaat het om een combinatie van factoren.
Sterenborg: ,,Natuurlijk zijn er klapbanden, maar dat speelt maar bij een fractie van de ongevallen.”
Haverkamp: ,,Het gaat ons in de pilot om de beïnvloeding van het rijgedrag in het transport. Als we erin slagen het aantal van 90 procent aan menselijke fouten in de ongevalsstatistieken terug te dringen, dan heeft dat de grootste impact op de schadelast van bedrijven. Verkleining van het aantal ongelukken heeft rechtstreeks invloed op de premies en dus de kosten van onze leden.”
Het past ook bij de wens van de TVM-leden om veilig gedrag van chauffeurs zo veel mogelijk te stimuleren. De Onderzoeksraad voor Veiligheid constateerde in 2012 immers dat veel transportbedrijven (te) weinig prioriteit geven aan verkeersveiligheid.
De veiligheidscultuur en de ambitie moeten omhoog, stelt Haverkamp. Hij verwijst naar een onderzoek van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) uit 2014. Daarin wordt gesteld dat veel Nederlandse transportbedrijven ,,een reactieve of calculatieve veiligheidscultuur” hebben. Dat wil zeggen dat bedrijven menen dat ze voldoende kennis en systemen hebben om alle risico’s te managen (calculatief) of dat ze pas na een incident of ongeluk actie ondernemen (reactief).
TVM wil die veiligheidscultuur verbeteren tot tenminste een niveau hoger, dat als proactief wordt aangeduid. In dat stadium zijn alle personeelsleden voortdurend alert op risico’s en hebben hun bedrijfsomgeving daarop ingericht.
Kenmerken van die proactieve veiligheidscultuur zijn volgens SWOV onder meer dat werkgevers zich verantwoordelijk voelen voor hun personeel. Daarnaast zijn zij zuinig op hun reputatie en vinden dat een verkeersongeval hun imago schaadt. In die veiligheidscultuur zoeken transportbedrijven samen met hun verzekeraar naar methoden om schades en ongevallen te beperken. Het is dus een gedeelde verantwoordelijkheid.
In het najaar probeert TVM de eerste aanzet te geven tot verhoging van de veiligheidscultuur in de branche. In de pilot wordt gezocht naar een goede verhouding tussen grote en kleine bedrijven.
In de onderzoeksopzet krijgen 250 van de 500 vrachtauto’s een zogenoemde forward facing camera en een eyetracker. De andere 250 auto’s krijgen wel het kastje met technologie, maar niet de camera’s. Dit is om de effecten te meten tussen de ene groep en de andere. Haverkamp: ,,We moeten de meetresultaten kunnen spiegelen om te zien of de camera en eyetracker werkelijk invloed hebben op de veiligheid.”
De forward facing camera registreert alleen incidenten, waarbij enkele seconden voor en enkele seconden na een (bijna-)ongeluk worden gefilmd. De eyetracker filmt niet in de cabine, maar registreert via één van de ogen van de chauffeur diens concentratieniveau tijdens de rit. Zo kunnen pieken, dalen en tijdstippen van vermoeidheid worden vastgesteld en geanalyseerd.
Als stimulans om deel te nemen wordt ook het stop-startsysteem van Route42 aan de pilot toegevoegd. Dat systeem levert transportbedrijven een minimale brandstofbesparing van 750 euro per jaar op, verwacht Sterenborg. Daarnaast levert aandacht voor veilig rijgedrag in de praktijk automatisch ook al brandstofbesparing ook. De deelnamekosten aan de proef bedragen 250 euro, die zo makkelijk kunnen worden terugverdiend.
Aan de belangrijke vraag van de privacybescherming wordt volgens Sterenborg nadrukkelijk aandacht besteed. ,,De camera legt alleen beeld vast vanuit de cabine richting de weg. De chauffeur komt nooit in beeld. Hij hoeft dus niet te vrezen voor vervelende beelden die gedeeld worden met anderen, want dat is uitgesloten”, aldus Sterenborg.
De eyetracker, waarmee alleen de oogactiviteit van de chauffeur wordt gemeten, is blijkens het oordeel van het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) minder ingrijpend dan een camera, stelt Sterenborg. ,,Een camera die tijdens het werk op iemand wordt gericht, wordt door het CBP al heftig gezien. Voor een eyetracker is dat bezwaar veel minder groot.”
Haverkamp erkent dat er een spanningsveld bestaat tussen veiligheid en privacy. ,,We respecteren de wet- en regelgeving, maar daarbinnen moeten we open en transparant de discussie voeren en proeven kunnen doen.”
Daarom worden de uitgangspunten van de veiligheidspilot van tevoren extern getoetst, besproken met de vakbonden en ter goedkeuring voorgelegd aan de privacywaakhond CBP. ,,We willen van iedereen inspraak voor een maximaal draagvlak”, benadrukt Haverkamp.
Het privacybelang weegt volgens Haverkamp weliswaar zwaar, maar valt eigenlijk in het niet bij het grotere doel: het zo veel als mogelijk voorkomen van verkeersdoden in het wegtransport. ,,Als we het hebben over de keuze tussen privacy en het voorkomen van verkeersslachtoffers, dan voeren we in mijn ogen toch een heel andere discussie.”
Op de BedrijfsautoRAI kunnen transporteurs en chauffeurs kennismaken met de pilot veilig rijgedrag. “In onze stand hebben we een simulator in een vrachtwagencabine, waar je met een 3D-bril op door rond Amsterdam kunt rijden terwijl je rijgedrag wordt gemeten. Levensecht!”