Rubriek: Havenberoepen

Heeft u zich ooit afgevraagd waar het boorgruis blijft van al die gas- en olieboorputten op zee? Wel, het gaat niet terug in zee! Ter plekke lozen, ook wel gekscherend storten in silo 13 genoemd, zou een groot milieuprobleem opleveren en is ten strengste verboden. Boorgruis wordt afgevangen en vervoerd naar Central Mudplant & Fluid Services B.V. in Velsen-Noord. CMF Services hanteert een uniek procedé om het materiaal door distillatie te scheiden, de olie terug te winnen en te reinigen tot hetzelfde hoogwaar-dige product waarmee het opnieuw bruikbaar is voor de aanmaak van boorspoelingen. De overige reststoffen vinden ook een nuttige en verantwoorde bestemming en dankzij het innovatieve karakter van het bedrijf gaat de zoektocht naar hergebruik en ontwikkeling van nieuwe producten daaruit onverminderd voort.

Opvallend aan het bedrijfsterrein is dat alles er zo geordend en schoon uitziet. Rob Houwaart, die als production manager leiding geeft aan alle operationele taken voor de verwerking van de vaste en vloeibare afvalstromen, stelt: “Dat wij hier bezig zijn met vuiligheid, hoeft niet te betekenen dat het hier vuil is”.

Hoe gaat het proces in zijn werk?
Rob Houwaart legt uit: “Boorinstallaties maken gebruik van twee soorten boorspoeling, afhankelijk van de boorlocatie en bodemsamenstelling. Een op waterbasis en een op oliebasis. Die boorvloeistoffen zijn onder andere nodig als smeermiddel voor de roterende boorkoppen en boorpijpen en zorgen voor de noodzakelijke tegendruk. En ze werken het boorgruis naar boven. De vloeistof roteert in een gesloten circuit tot het niet meer aan de kwaliteitseisen voldoet en het eveneens als afval wordt gezien en hierheen komt. We hebben hier drie distillatie-units staan, twee om de vaste en een om de vloeibare afvalstromen te verwerken. Het vloeibare materiaal komt aan in tankwagens van 30 m3. Bij aankomst doen we een ontvangstcontrole, te beginnen met een gasmeting om de veiligheid van onze medewerkers te waarborgen. Vervolgens samplen we het materiaal om te zien wat we binnenhalen en of het overeenkomt met hoe het is aangemeld. Op basis van het onderzoek in ons laboratorium wordt bepaald waar en in welke tank we kunnen lossen. Op het terrein staat een batterij acceptatietanks voor de tijdelijke opslag, zodat we op een later tijdstip kunnen beslissen wat we ermee doen, afhankelijk van de hoeveelheid en verhouding water, olie en sediment. Op voorhand willen we zo veel mogelijk water uit de massa halen omdat tijdens het distilleerproces een teveel aan water veel energie kost. De distilleermachines functioneren het beste bij een verhouding van 20 procent water, 10 procent olie en 70 procent sediment. Zorgen dat het water vrij komt gebeurt door een fysische methode waarbij stoffen een reactie aangaan of door toevoeging van een scheidingsadditief. Zodra de verhoudingen geoptimaliseerd zijn, gaat de bulk in een tank in afwachting van het verdere scheidingsproces. Het dikkere boorgruis komt in speciaal daarvoor ontworpen offshorecontainers van 3,3 m3 aan, meestal met vrachtwagens. Ook hier hangen we weer een snuffelaar boven en testen we het materiaal in het laboratorium om te zien wat het is en in welke water-olie-sediment-verhouding; of het veilig is en of er geen rare afvalstoffen bij zitten. Dat laatste komt voor; we zijn wel stukken staal of een dode vogel tegengekomen.

Elk afvalverwerkingsbedrijf heeft een meldplicht van de stromen en de procesgang. Rijkswaterstaat als autoriteit speelt daarbij een belangrijke rol en de rapportageplicht gaat tot op Europees niveau. Ons laboratorium vormt het hart van het proces. Daar vindt de identificatie, analyse en rapportage plaats. Op basis van deze analyse wordt het proces doorgezet en het grove materiaal via kantelaars op schudzeven gestort tot het grove materiaal eruit is en het boorgruis geschikt is voor de distilleerunits. Aan het eind van de distillatie houden we olie, water en zand over. De lossing en uitzeving als voorbehandeling zijn een semiautomatisch proces.” Het voortraject van het zeven is te vergelijken met de shaker op het boorplatform. Het opgeboorde gruis loopt in een gesloten circuit via een trilmechanisme en komt aan het einde van het traject in de containers terecht om aan land te worden gebracht.

Tijd ver vooruit
Alles wat CMF Services doet komt voort uit de Wet milieubeheer. Het bedrijf beschikt over het volledige milieuvergunningenpakket, waaronder vergunningen die het zelfs als enige in Nederland bezit. Dertig jaar geleden is de onderneming begonnen met opslag en verwerking van boorgruis. De naam Mudplant stamt uit die tijd. De pioniers gingen op zoek naar mogelijkheden het boorafval te scheiden en de olie terug te winnen voor hergebruik voor het oorspronkelijke doel conform wet- en regelgeving. Inmiddels is CMF Services in staat de olie terug te winnen in dezelfde kwaliteit als die ooit door de boorspoelingleveranciers is gekocht. Maar olie heeft ook geur en kleur en in de loop der jaren werd het milieubewustzijn in de samenleving groter en de eisen daaromtrent hoger. Dat gold ook voor de Arbowetgeving. Het personeel stak de koppen bij elkaar, haalde er andere kenners bij en zo was het in staat de olie geur- en kleurloos te maken en net zo transparant als het startproduct. Maar met de afvalstoffen valt meer te doen. Het grove destillatieresidu is geschikt om gestort asbest af te dekken en wordt als zodanig gebruikt. Het bedrijf doet nu, in samenwerking met derden, proeven om er bakstenen van te maken en de resultaten zijn veelbelovend. Verder heeft CMF Services de expertise in huis om bromidehoudende zouten, die in de boorvloeistoffen voorkomen voor de tegendruk, als vaste stoffen van het water te scheiden. Een distilleermethode die uniek is in zijn soort en in Velsen-Noord als enige plek in de wereld wordt toegepast.
Ook in het bedrijfsproces valt veel milieuwinst te behalen. Het distilleerproces vraagt veel energie en er ging energie verloren via het koelsysteem. Nu draait de nieuwe generatie distilleerunits op afgevangen energie en blijft er voldoende over voor de cv van het kantoor en de heteluchtkachels in de werkplaats. Er is net weer een energiebesparingsonderzoek afgerond. Zo is CMF Services altijd bezig te kijken naar nieuwe technieken, zodat alle deelstromen benut kunnen worden in plaats van verwijderd. Rob Houwaart vormt daarbij een belangrijke aanjager. “Dat werkt alleen in teamverband”, zegt hij. “Je komt met een idee en vraagt de collega’s om mee te denken. We zitten met een heel stel techneuten en dan gaat zo’n idee leven. Zo kom je tot iets en dien je het milieu.”

Uit het juiste hout gesneden
Rob Houwaart is naast leidinggevende over het hele productieproces nog preventiemedewerker en hoofd bedrijfshulpverlening; hij doet de bestellingen en eigenlijk alles om het proces optimaal te laten verlopen. “De diversiteit vind ik heel prettig en bevredigend”, zegt hij. “Met elkaar hebben we veel bereikt en er valt nog veel te ontwikkelen. Daarvoor krijgen we alle mogelijkheden en ruimte. Ons team is dan ook een bont gezelschap, want ik geloof wel dat je een bepaald type mens moet zijn om hier te werken. In de offshore is het hollen of stilstaan, geen negen-tot-vijf-bestaan. Je moet er zijn als het nodig is, vaak werken als anderen vrij zijn en doorgaan tot het klaar is.” Het volgende voorbeeld illustreert dat. Voor de verwijdering van een oude tank had de logistieke manager een complete routing op papier gezet, maar door omstandigheden was het onmogelijk de tank volgens de geplande routing te verplaatsen. Toen alle hens aan dek en aan het einde van de dag was de tank gehalveerd, de delen gelift en de nieuwe tank geplaatst. De teamspirit was in schril contrast met de weersomstandigheden. De dag was stralend blauw begonnen en geëindigd in grijze luchten en regen. De mannen eindigden hun werk met een stralende lach, want “klussen waarvoor alle input nodig is, creëren de leukste momenten”.

Auteur: Lydia Gille

Deel dit bericht op